Iedereen heeft ergens in diens leven burn-out, toch? Dat lijkt tegenwoordig de norm te zijn. Alsof het erbij hoort, een onvermijdelijke stop op de route van het volwassen leven. Sterker nog, als je vijftig bent en nog nooit een burn-out hebt gehad, vinden mensen dat soms zelfs opvallend. “Die zal wel geen zware baan hebben” of “Ja, maar die persoon heeft geen kinderen” – er worden allerlei redenen bedacht waarom iemand nog niet opgebrand is geweest. Het lijkt haast alsof een burn-out een prestatie is, een bewijs dat je keihard werkt. Maar waarom denken we zo?
Het zou niet normaal moeten zijn dat iedereen op een bepaald punt instort. Burn-out is geen standaardfase in het leven, maar een signaal dat er iets structureel misgaat. Toch komt het steeds vaker voor, zelfs bij jonge mensen. Waarom raken we zo massaal overbelast?
Om dit beter te begrijpen, is het goed om te weten dat burn-out niet één vastomlijnd probleem is. Er zijn verschillende vormen:
Mentale burn-out
Dit is de meest voorkomende vorm. Je hoofd zit overvol, je hebt zoveel moeten verwerken dat je brein letterlijk op slot gaat. Ontspannen lukt niet meer, en je kunt zelfs simpele informatie niet goed opnemen.
Fysieke burn-out
Hierbij is niet alleen je hoofd, maar ook je lichaam volledig uitgeput. Je bent continu moe, hebt moeite met slapen, en zelfs dagelijkse taken voelen als een enorme opgave. Dit komt doordat je stresssysteem overbelast is en je lijf niet meer kan herstellen.
Sociale burn-out
Bij deze vorm raak je uitgeput van sociale interacties. Dit komt vaak voor bij mensen die continu bezig zijn met de verwachtingen van anderen en zichzelf daarin kwijtraken. Sociale situaties voelen dan als een verplichting in plaats van iets wat energie geeft.
Wat al deze vormen gemeen hebben, is dat ze ontstaan door een langdurige blootstelling aan stress en prikkels zonder voldoende herstel. Onze maatschappij is steeds sneller en drukker geworden. Onze hersenen worden overspoeld met informatie, terwijl we steeds minder tijd nemen om echt tot rust te komen.
Fystiek menselijk contact kan helpen:
Daarbij komt nog iets belangrijks: we hebben steeds minder écht contact. Veel sociale interacties verlopen digitaal, en hoewel dat handig is, werkt het niet op dezelfde manier als een echt gesprek. Ons brein verwerkt een app-gesprek als nog meer prikkels, niet als een moment van ontspanning. Maar een diep, oprecht gesprek, waarbij je luistert en de ander ziet, of misschien zelfs aanraakt, helpt wél om spanning los te laten en je brein tot rust te brengen.
Dus wat kun je doen? Maak tijd voor echt contact. Bel een vriend(in), spreek af zonder afleiding en praat met aandacht en als het goed voelt kan een goeie knuffel ook zeker geen kwaad. Ga samen wandelen, drink thee in een gezellige setting, of zit gewoon samen op de bank en luister écht naar elkaar. Dit klinkt simpel, maar kan een groot verschil maken.
Een burn-out is niet iets wat "erbij hoort" in het leven. Het is een teken dat je lichaam en geest om verandering vragen. Hoe eerder je daarnaar luistert, hoe beter je voor jezelf zorgt – en dat verdien je.